BEGIN LANGZAAM

Wanneer u start met een wandeltocht begin dan langzaam zodat uw spieren rustig warm kunnen worden, wanneer uw spieren warm zijn geworden verhoogt u uw tempo.

NEGEER DRUK VAN MEDELOPERS

Met een groep lopen is erg gezellig, maar iedereen heeft een eigen tempo. Als de groep in een te hoog tempo loopt, laat u dan niet verleiden om hierin mee te gaan. Loopt u een te hoog tempo dan zult u na enkele kilometers merken dat het lopen minder gaat, u raakt vermoeid, de spieren willen uiteindelijk niet.

ZOEK MOOIE EN GEVARIEERDE ROUTES

Kies elke keer een andere route uit. Deze wisseling van omgeving stimuleert een positieve werking van geest. Ook kunt u variëren in verharde en onverharde wegen, vlakke en heuvelachtige omgeving.

MUZIEK

Wanneer u alleen wandelt laat uw gedachten dan lekker gaan, lopen met muziek kan u een prettig ritme geven.

LOOP IN VERSCHILLENDE TEMPO’S

Wanneer u al regelmatig wandelt en u wilt uw conditie verbeteren, wandel dan geregeld een sneller tempo, neem daarna uw ‘normale’ tempo weer aan. Doet u dit vaker dan zult u zien dan uw ‘normale’ tempo omhoog gaat. Voelt u zich tijdens het wandelen vermoeid, stop dan niet maar neem een lager wandeltempo, u zult merken wanneer u doorzet u zich, na verloop van tijd, beter gaat voelen.

LOOP MET IEMAND SAMEN

Wandelen met een collega-wandelaar met hetzelfde tempo kan erg gezellig zijn. Hierdoor wandelt u ontspannen.

OF NEEM DE HOND MEE

Heeft er niemand zin om met u mee te gaan en u heeft een hond, neem dan de hond mee. Een hond heeft altijd genoeg energie om met u mee te gaan.

EET EN DRINK VOLDOENDE

Neem 1½ uur voor de tocht een stevige maaltijd en zorg ervoor dat u voldoende vocht tot u neemt (water, thee). Drink tijdens de wandeltocht ieder half uur water of een sportdrank. Voor een lange, intensieve wandeltocht is het belangrijk dat u voldoende eet. Het is belangrijk om over voldoende ‘brandstof’ te beschikken wilt u de tocht op een prettige manier uitlopen. Een energierijk tussendoortje geeft tijdens de tocht weer extra energie.

STOP EN REK

Wanneer u het gevoel heeft dat uw benen zwaar voelen, neem dan tijd om alle beenspieren te rekken. Zo geeft u de spieren even rust en na het rekken van de spieren zullen uw benen prettiger aanvoelen.

MAAK EEN PLANNING

Sommige mensen zijn gebaat bij planning, anderen bij spontaniteit. Als u het geordende type bent plan dan uw trainingen in. Zet in uw agenda waar en wanneer u gaat lopen, met wie, in welk tempo en over welke afstand. Maak desgewenst gebruik van onderstaand schema. Zo kunt u ook nog eens terugkijken wanneer u welke afstanden liep.

MIDDELTJES

Smeer voordat u gaat wandelen vaseline of “Hirschtalg” op de schurende plaatsen en wrijf de voeten in met wat voetpoeder.

KLEDING

Wat betreft de kledingkeuze zijn er vele mogelijkheden. Afhankelijk van uw budget en het weer is het vooral belangrijk dat u kleding kiest waarin u zich goed kunt bewegen. Draag altijd makkelijk zittende kleding die niet knelt; bij voorkeur kleding van katoen, tricot of wol. De kleding moet het transpiratievocht goed kunnen opnemen.

  • Koud weer: thermo-ondergoed of meerdere lagen kleding over elkaar.
  • Regenachtig weer: waterafstotende, winddichte en toch ventilerende kleding.
  • Warm weer: luchtige en ademende kleding. In de betere buitensport- of sportwinkel is kleding met ventilatiegaten onder de oksels te koop. Dit bevordert de afvoer van uw lichaamswarmte.

SOKKEN

Ook de keuze van sokken kan invloed hebben op de wandelpret. Het zou zonde zijn om de aankoop van dure wandelschoenen teniet te doen door er vervolgens slechte sokken in te dragen. Goede wandelsokken zijn speciaal gemaakt voor dit doel. Ze zijn iets dikker aan de onderkant en bieden comfort en ventilatie, dit voorkomt verhitte voeten. Goede sokken kunnen ook helpen bij het voorkomen van blaren. Kies wollen, badstof of katoenen sokken, zonder naden en van niet te grove structuur.

SCHOENEN

Spaar geen geld uit op uw schoenen. Koop uw schoenen bij een goede schoenenzaak of sportzaak. Pas de schoenen met uw wandelsokken aan en doe dit bij voorkeur niet ’s morgens vroeg of laat in de middag. Uw schoenen moeten goed passen en toch voldoende ruimte voor vijf tenen geven, met vóór minstens 1½ cm ruimte. De hak moet stevig en liefst enigszins veerkrachtig zijn, bij voorkeur ongeveer 1½ cm hoog. De zool moet goed geprofileerd zijn en het voetbed moet de voet goed ondersteunen. De schoen moet vooral op eenderde vanaf de teen goed buigzaam zijn, de binnenkant moet glad afgewerkt zijn.

Kiest u voor sportschoenen, neem dan speciale wandelschoenen en geen tennis- of basketbalschoenen. Kies bij zwakke enkels voor hoge schoenen. Loop uw nieuwe schoenen goed in voordat u langere afstanden gaat lopen.

VOETPROBLEMEN?

Voetproblemen kunnen de pret behoorlijk drukken tijdens het wandelen. Wanneer u veel last heeft van uw voeten en al heel veel middeltjes heeft geprobeerd, ga dan eens langs bij een voetspecialist. Deze kan u wellicht voorzien van goed advies. Hieronder enkele tips die een bijdrage kunnen leveren aan het oplossen van uw voetproblemen. Neem dagelijks enkele minuten een koud voetenbad, hierdoor wordt de huid van de voeten gehard.
Voeten moeten voordat u gaat trainen goed verzorgd zijn; zorg dat ze eeltvrij zijn en knip uw teennagels recht af en niet te kort. Heeft u last van (te) zachte voeten: behandel ze dan regelmatig met glycerine of kamferspiritus en zet er elke dag even een koud-waterstraal op. Gebruik geen zeep want dat maakt de voeten zachter!
Bij terugkerende problemen aan uw voeten, raadpleeg dan een pedicure.

EEN AANTAL TIPS OM BLAREN TE VOORKOMEN

Draag goede sokken en schoenen.
Loop uw nieuwe schoenen goed in, zodat uw voeten kunnen wennen aan het nieuwe schoeisel.
Wilt u lange afstandswandeltochten of meerdaagse tochten gaan wandelen, bouw dit dan rustig op zodat uw voeten (en de rest van uw lichaam) aan de belasting kunnen wennen.
Inlegzolen kunnen blaargevoelige plekken ontlasten; er zijn diversen maten en soorten Als u net nieuwe schoenen heeft, kunt u de gevoelige plekken van uw voeten afplakken met sporttape. Zorg dat bij het afplakken geen ribbels onstaan, deze kunnen weer blaren veroorzaken.

BLESSURES

Ga nooit te snel van start; geef de spieren de gelegenheid om warm te worden.
Een van de meest voorkomende euvels is: de blaar. Ontsmet de blaar en zijn omgeving. Prik met een steriele naald de blaar aan de basis door (aan twee kanten). Druk met een watje vanuit het midden van de blaar al het vocht eruit. Smeer deze daarna met jodium of betadine in. Plak tot slot de blaar en omgeving met een blarenpleister dakpansgewijs af. Verwijder nooit de huid bij een blaarbehandeling!!!
Onderzoek uw sokken en schoenen naar de eventuele oorzaak voor het ontstaan van een blaar.
Verwijder de blarenpleister na de wandeling voorzichtig zonder de huid te beschadigen!
Kramp in uw kuit is gemakkelijk te verhelpen door met de ene hand de voorvoet omhoog te drukken (dus naar het scheenbeen toe) en met de andere zachtjes in de kuitspieren te knijpen.

WAT NEEMT U MEE ONDERWEG?

Een rugzakje of heuptasje met daarin wat eten en drinken en andere dingen welke u denkt nodig te hebben.
Materiaal voor het behandelen van blaren, vaseline, zonnebrandcrème en toiletpapier. Vergeet op de dag van de Marathon niet uw startnummer, consumptiebonnen en de wandelroute mee te nemen.